
Circulair werken maakt het technische bestek niet overbodig.
Han van der Steen
17 oktober 2017
Als column verschenen in het vakblad "Ruimte en Licht" oktober 2017.
Circulair is het toverwoord. En als je er even over nadenkt, is het best simpel. Als producten goed gemaakt zijn dan hoef je er niet veel van weg te gooien. Hoe je dat voor elkaar krijgt? Bijvoorbeeld dat de producent de eigenaar van de spullen blijft en een dienst aanbiedt: "as a service".
Zoals Philips dat doet voor de retailmarkt en op een terminal op Schiphol. Daar verkoopt Philips geen lampen maar licht en neemt haar systemen aan het einde van het contract weer terug: “light as a service”. Precies zoals circulariteit-architect Thomas Rau het ziet. Philips heeft er baat bij dat haar systemen kunnen worden gedemonteerd of ergens anders ingezet. Althans, dat is het idee en laten we ervan uitgaan dat dat werkt. Je zou overigens ook iets kunnen bedenken zoals statiegeld op lampen en armaturen. De fabrikant neemt de lampen en armaturen uiteindelijk weer terug en betaalt het statiegeld terug. Lijkt me ook een prima instrument om de economie meer circulair te maken.
De markt gaat met de circulaire trend steeds meer in de richting van “as a service” modellen: de opdrachtgever Schiphol koopt steeds minder spullen in en neemt steeds meer een dienst af, van Philips in dit voorbeeld. Die dienst is bijvoorbeeld een bepaalde kwaliteit van verlichting (kleurweergave, intensiteit etc.) die dan 99,9% brandt van de tijd die het zou moeten branden. Zoiets.
Wat betekent dat voor de contracten die een beheerder van bijvoorbeeld verlichting of verkeersregelinstallaties gewend is om af te sluiten? In die contracten is een gedetailleerde technische omschrijving van het werk dan niet meer nodig. Worden technische bestekken zoals RAW bestekken daarmee voorgoed verleden tijd?
Ik denk van niet. Want hoewel de opdrachtgever (beheerder) steeds meer stuurt naar het afnemen van prestaties en diensten, uiteindelijk zal er iemand het passende onderdeel met de juiste certificaten en stempels uit het magazijn moeten halen en op een voorgeschreven en controleerbare wijze installeren. Dus is een technisch bestek wel degelijk nodig. De vraag is niet of er een technisch bestek nodig is maar bij welke partij dit technische bestek ligt.
Want lag een technisch bestek vroeger bij de beheerder, nu zal het steeds vaker een bestek van de opdrachtnemer (aannemer) worden. Want als de beheerder geen techniek maar prestaties voorschrijft, hoeft hij die prestaties zelf niet meer technisch uit te werken. Laat dat dan maar over aan de aannemer.
Dat is een zinvolle ontwikkeling want zo kan de beheerder zich richten op het sluiten van contracten waarin beleid wordt vertaald naar de realisatie. Met meetbare criteria voor belangrijke zaken zoals circulariteit, CO2 doelstellingen en zero emission. Contracten waarvan de onderdelen worden nageleefd en kunnen, mogen en worden getoetst. Juist aan dat soort zaken kan de beheerder dan veel meer aandacht besteden en concreet maken.
Een puur technisch deel of bestek blijft noodzakelijk maar komt bij de aannemer te liggen. Die kan dan concrete technische afspraken maken met zijn eigen mensen, onderaannemers en leveranciers.
Circulair "as a service" werken maakt een technisch bestek zeker niet overbodig. Dat bestek ligt simpelweg ergens anders.